Printversie

KORTENHOEFF (HOOGERHEIDE)

Grootte : ca 100 ha

Eigenaar

: Camping Familyland en Staatsbosbeheer zijn nu eigenaar van dit bijzondere gebied. Staatsbosbeheer houdt het terrein open en herstelt de vennen.

Openstelling en wandelmogelijkheden

: Men mag op de paden wandelen na zonsopkomst en voor zonsondergang. Er zijn twee bewegwijzerde wandelroutes uitgezet te weten Wandelpad Muis (1,7 km) en Wandelpad Uil (2,1 km). Deze routes zijn met elkaar te verbinden.
Route Uil is volledig geschikt voor de zogeheten Wombat (een soort ’off-the-road’-rolstoel met grote luchtbanden). Alleen het stuk van route Muis bij het Bronven is slecht toegankelijk voor Wombats. De rest van route Muis is wel toegankelijk. Er staan gratis twee Wombats ter beschikking, in ruil voor een identiteitskaart, bij Bungalowpark Familyland aan de Groene Papegaai 19 te Hoogerheide (00-31)-(0) 164 613 155. Met de Wombat kunt u Kortenhoeff betreden via de speciale ingang bij de geitenstal.

Werkzaamheden

: Onbekend.

Ligging


Kortenhoeff weergeven op een grotere kaart
In de driehoek tussen Hoogerheide, Huijbergen en Ossendrecht, globaal begrensd door Abdijlaan, de Groene Papegaai en de Huijbergsebaan.

Korte beschrijving

Kortenhoeff maakt deel uit van het grensoverschrijdend Grenspark De Zoom - Kalmthoutse Heide. Het gebied ligt tussen de Abdijlaan, de Groene Papegaai en de Huijbergsebaan in de driehoek tussen Hoogerheide, Huybergen en Ossendrecht op het grondgebied van de Nederlandse gemeente Woensdrecht. Het is een open gebied met droge en natte heide en vennen, en her en der wat kleine bosjes en weides. Op Kortenhoeff liggen 3 vennen: Wasven, Bronven en Akkerenven. Dankzij de voedselarme bodem en de grote variatie aan terreintypen, kent het gebied een rijke biodiversiteit. Langs de vennen treffen we enkele zéér zeldzame plantensoorten aan, zoals beenbreek, oeverkruid, ronde- en kleine zonnedauw. De drogere terreindelen ontwikkelen zich tot soortenrijke heischrale graslanden met ondermeer tandjesgras, sintjanskruid, muizenoortje en zandblauwtje. In en rond de vennen bevinden zich diersoorten als groene kikker, heikikker, rugstreeppad, kleine watersalamander,alpenwatersalamander en vele soorten libellen, waterjuffers en andere insecten.
Kortenhoeff is een aangelegd ’jong’ landgoed (vergeleken met bv. het oude Moretusbos). De aanleg van een jong landgoed had een andere reden dan de aanleg van oude landgoederen. Een jong landgoed was een vorm van beleggen en moest inkomsten opbrengen. Bij de oude ging het om de status, rijkdom en macht van de eigenaar (een mooi voorbeeld daarvan is het Moretusbos). De bossen werden aangelegd voor de productie van hout, maar ook om er te kunnen jagen op groter wild.
Het landgoed Kortenhoef in gebruik geweest ten behoeve van de landbouw. Na de Tweede Wereldoorlog werd een fruitboomgaard aangelegd. In het gebied staat nog steeds een fruitschuur, met rode dakpannen. Ook zijn nog veel rechte lijnen terug te vinden, zoals de windsingels: bomen (veelal elzen) die rondom de fruitbomen werden gezet om de wind tegen te houden.
Staatsbosbeheer heeft er voor gezorgd dat Kortenhoeff zijn natuurlijk karakter terug kreeg door er in het verleden ijslandse pony's en Nederlandse landgeiten te laten grazen. Deze dieren hebben het gebied een natuurlijk karakter gegeven.

foto volgt

Geschiedenis

Het gebied tussen de Abdijlaan, de Groene Papegaai en Huijbergsebaan was ooit woeste grond. In de 20e eeuw werd het gebied ontgonnen, deels voor bebossing en deels voor landbouw. Daarna zijn er allerlei vormen van gebruik geweest door verschillende eigenaren.

foto volgt

Het gebied is ontstaan na de laatste ijstijd, ongeveer 10.000 jaar geleden. Voor 1900 bestond het uit stuifduinen, opgewaaid uit het Scheldebekken. Die hoogteverschillen zijn er nog steeds.
Open zand ontstond op plaatsen waar de overexploitatie door begrazing zo ver ging dat alle vegetatie verdween en de bodem niet meer begroeid raakte. Als het gebied groot genoeg was kon dan in droge perioden het zand gaan stuiven. Je vindt er planten die bestand zijn tegen de grote temperatuurverschillen en goed tegen droogte kunnen. Ook dieren die er leven, moeten zich wapenen tegen de extreme omstandigheden. Het zijn globaal dezelfde soorten als op de heide, met als meest kenmerkende vogel de duinpieper, die helaas al decennia niet meer in Brabant broedt. Echte zandverstuivingen zijn op de Brabantse Wal niet meer te vinden. Open zand nog wel, bijvoorbeeld de Kriekelaereduinen en de Borgvlietsche Duinen. In het kader van het project ’Herstel Landduinen’ zijn in de Kriekelaereduinen en Staartsche Duinen, evenals op Kortenhoeff, flinke oppervlakten ontbost. Men hoopt in deze open gebieden weer zand te kunnen laten stuiven. Of dat, gezien de geringe omvang van de blootgelegde zanden, gaat lukken is nog maar de vraag.

In 1920 werd het bos- en heidegebied gekocht door een oesterkweker uit Yerseke, die het ontgon voor de landbouw, maar dat was geen succes. In de Tweede Wereldoorlog legden de Duitsers er een nep start- en landingsbaan voor vliegtuigen aan, die echter nooit gebruikt is. De Duitsers hoopten hiermee de aandacht van het echte vliegveld, even verderop, af te leiden. Er zijn op het terrein nog verschillende bomkraters te zien.

Na de oorlog plantten Zeeuwse fruittelers een boomgaard aan, daarvan kun je de fruitschuur met zijn rode dakpannen nog zien. Vorst en hagelbuien maakten er geen succes van. In 1951 werd het landgoed opnieuw verkocht en op de droge stukken beplant met naaldhout en op de natte delen met populieren. De vennen werden gedicht met aarde. In 1957 bouwde de eigenaar een landhuis aan de Abdijlaan met de naam ’Kortenhoeff ’, waarschijnlijk naar de vroegere woonplaats van zijn vrouw. Drie jaar later kocht een vennootschap uit Dordrecht het gebied voor de bosbouw en voor de jacht. In 1972 presenteerde dit bedrijf een plan voor een motel en 500 zomerhuisjes, een idee dat onverenigbaar bleek met behoud van de natuur. De toenmalige gemeenteraad heeft het plan afgekeurd. Toen ook een plan voor een motorcrossterrein werd afgewezen, kocht in 1979 het Rijk Kortenhoeff en bracht het onder de Natuurbeschermingswet. Hiermee werd Kortenhoeff een natuurmonument in eigendom en beheer bij Staatsbosbeheer. Die plagde de voedselrijke grond af, dempte de ontwateringssloten, kapte een stuk bos en baggerde de vennen uit. Het Akkerenven langs de Huijbergseweg werd opnieuw aangelegd. Deze ingrepen hadden als nadeel dat bosvogels zoals wielewaal en havik verdwenen. Er kwamen andere vogels voor terug, de vogels voor moerassen en open veld.


foto volgt


Om het gebied open en natuurlijker te maken liet Staatsbosbeheer er eerst IJslandse pony’s grazen. Toen bleek dat deze pony’s alleen de lekkere hapjes aten, is een kudde van 40 Nederlandse Landgeiten ingeschakeld. In 1950 waren er in totaal nog maar vijf Nederlandse Landgeiten in Nederland over. Diergaarde Blijdorp trok zich het lot van de dieren aan en is toen een fokprogramma begonnen. Op het moment dat de geiten in Kortenhoeff werden geplaatst waren er inmiddels in totaliteit 250 Landgeiten, waarvan er dus 4o in Kortenhoeff waren. De beesten moesten vooral allerlei opschietend struikgewas, zoals bramenstruiken en berkenboompjes, tegengaan om zo de groei van heideplantjes mogelijk te maken. Dat hadden ze volgens boswachter Dianne Renders van Staatsbosbeheer goed gedaan. Echter ze begonnen ook de hei op te vreten en daarom besloot Staatsbosbeheer om de geiten weg te halen. 19 oktober 2010 werden de laatste 16 geiten weggehaald met een kleine veewagen en naar een natuurgebied in de Peel in Oost-Brabant gebracht, waar ze werden verenigd met de 27 geiten die een jaar eerder al uit de Kortenhoeff waren weggehaald. Een paar jaar eerder waren om dezelfde reden ook al de IJslandse pony’s uit de Kortenhoeff verbannen.

Na ruim twintig werd de plaats van de landgeiten ingenomen door een kudde schapen, die de voorafgaande 2 jaar al regelmatig te zien waren op de Kortenhoeff. Die schaapskudde liet men er niet permanent lopen, maar af en toe een paar weken. De kudde werd ook nog naar een paar andere natuurgebieden in de regio gebracht, onder andere de Staartse heide. Het voordeel van begrazing door schapen is, dat deze dieren zich beter laten sturen. Ze grazen daar waar ze door de herder naar toe gebracht worden.

Op Kortenhoeff liggen ook mooie vennen. Het Blomven / Bronven en Wasven werden geschoond omdat ze dichtgegroeid waren. Nu komen er bij de vennen weer heel bijzondere en beschermde planten soorten voor zoals de vleesetende plant Zonnedauw, Beenbreek en Veenpluis. In een ven is een vlonder aangelegd met daarop een bankje waar men heerlijk rustig over het water kan uitkijken. Het Akkerenven is helemaal opnieuw aangelegd, mede om de verdroging van de Brabantse Wal te bestrijden.
Vennen bevinden zich in dalen waarin een voor water ondoordringbare klei- of leemlaag zit. In het stagnerende water kunnen bijzondere plantengemeenschappen ontstaan, zoals het oeverkruidverbond. Door aanvoer van stikstofoxiden uit de lucht en voedselrijk water van landbouwgronden in de omgeving, zijn deze vennen te voedselrijk geworden. Toch vindt men soms nog steeds vennen met bijzondere planten


foto volgt

In Brabant zijn Brabant Water en Evides actief, in het aangrenzend Belgische deel van de Kalmthoutse Heide het waterbedrijf Pidpa. Jaarlijks worden miljoenen kubieke meters water opgepompt. Na een eenvoudige zuivering is dit drinkwater van hoge kwaliteit en wordt het afgezet in West-Brabant, Zeeland en de regio Antwerpen. Het gevolg van de grote wateronttrekking is dat, bij gemiddelde neerslag- en verdampingscijfers, de Groote Meer eerder droogvalt dan vroeger en het waterpeil langzamer op niveau terugkomt. Het meer blijft daardoor langer droog staan dan wenselijk is voor de zeldzame flora en fauna, die voor een groot deel verdwenen is.
In 2011 heeft Evides in samenwerking met Staatsbosbeheer, provincie Noord-Brabant, waterschap Brabantse Delta en Natuurmonumenten de maatregel Kortenhoeff-Kleine Meer uitgevoerd. Deze tijdelijke maatregel levert een bijdrage aan verdrogingsbestrijding en natuurherstel van de Brabantse Wal. Het wateroverschot dat in de winterperiode vrijkomt uit Kortenhoeff (Staatsbosbeheer) voor het Groote en Kleine Meersysteem (Natuurmonumenten) wordt dan benut. Dit water heeft een goede kwaliteit en loopt, vanuit Kortenhoeff via een gemaal en een ondergrondse leiding, richting de Kleine Meer. Een historische afwatering, maar nu via een leiding. In combinatie met andere herstelprojecten hoopt men uiteindelijk te zorgen voor een volledig herstel van het waterpeil.


foto volgt


Bron: Willem de Weert, Ontdek de Brabantse Wal, 1e druk 2012
         verscheidene websites

Actueel


onder constructie

Fotoalbum


onder constructie